Voedselallergie, hooikoorts, eczeem en astma zijn allemaal allergische aandoeningen. Deze aandoeningen ontstaan in verschillende stadia van het leven en zouden elkaar kunnen beïnvloeden. De betrokken allergenen zijn ook anders in de verschillende levensstadia. Of deze allergische aandoeningen een gemeenschappelijke etiologie hebben is tot op heden onopgehelderd. Als de etiologie hetzelfde is, of als risicofactoren voor deze aandoeningen overlappen, zou het wellicht mogelijk zijn om interventiestrategieën te ontwikkelen die het hele spectrum van allergische aandoeningen kunnen beïnvloeden. In een recente literatuurstudie zijn mogelijke risicofactoren voor voedselallergie onderzocht. In de huidige studie wordt geanalyseerd of borstvoeding, allergeenvermijding, introductie van vaste voeding, pre- en probioticagebruik, en meervoudig onverzadigde vetzuren (PUFA) inname een rol spelen bij de ontwikkeling van luchtwegallergieën. Deze factoren zijn geselecteerd op basis van hun mogelijke effect op ontwikkeling van voedselallergie. Daarnaast wordt de impact van geadviseerde interventiestrategieën bediscussieerd. De belangrijkste conclusies zijn: (1) Borstvoeding is een beschermende factor in de ontwikkeling van luchtwegallergie. Voor voedselallergie zijn de effecten minder consistent. (2) Er is enig bewijs dat inname van PUFA geassocieerd is met de ontwikkeling van luchtwegallergie en voedselallergie. (3) De andere bestudeerde risicofactoren hebben geen effect op ontwikkeling van luchtwegallergie. (4) Een strategie om ontwikkeling van allergie bij baby’s te remmen is het uitstellen van de introductie van vaste voeding. De data in de literatuur geven aan dat dit de ontwikkeling van allergie niet kan voorkomen en mogelijk, zelfs een risicofactor is. Veelbelovende onderzoeksgebieden die wellicht zouden kunnen leiden tot de ontwikkeling van nieuwe interventiestrategieën zijn: vitamine D-, PUFA- en antioxidant-inname, beïnvloeding van de darmflora, en programmering van voedselallergie tijdens de ontwikkeling. Daarnaast moeten lopende studies over mogelijke nadelige effecten van het uitstellen van de introductie van vast voedsel, nauwkeurig gevolgd worden.
-
mrt192012
De informatie die op deze website staat, komt uit 2017.
De bijsluiters zijn afkomstig van de Geneesmiddeleninformatiebank van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Het CBG beoordeelt en bewaakt de werkzaamheid, risico's en kwaliteit van geneesmiddelen voor mens en dier. Ook beoordeelt het CBG de veiligheid van nieuwe voedingsmiddelen voor de mens. Het CBG is een zelfstandig bestuursorgaan dat onder de Rijksoverheid valt en onafhankelijk beslist over de toelating en bewaking van geneesmiddelen voor de mens. Zie ook: www.cbg-meb.nl.
De Diagnosehulp bevat interactieve vragenlijsten voor 263 ziektes. Door het invullen van een vragenlijst kunt u controleren of de symptomen van een bepaalde aandoening voor u van toepassing zijn. Per lijst zijn er gemiddeld 10 vragen. De Diagnosehulp is alleen beschikbaar als app voor iPhone en iPad. Download de diagnosehulp. Binnenkort is ook de Android-versie (voor o.a. Samsung) beschikbaar.
De informatie op deze website voldoet aan de nieuwe richtlijnen van het CGR voor medische informatie op internet. Tevens wordt voldaan aan de Code Publieksreclame (2015) voor geneesmiddelen van de Reclame Code Commissie.